Dubbelleven

Sinds 1 oktober ziet ons leven er anders uit. Een klein verschil – in letterlijke zin (want ze is nog maar 53 cm), maar een groot contrast met de dag ervoor. De kleine jongen heeft er namelijk een zusje bij. De kleine dame. En dus hebben we niet een, maar twee hummels in huis. En hoewel het cliché klopt ‘dat je met een tweede veel makkelijker bent’, is het toch wel even wennen. Als je dacht het met een peuter druk te hebben, think again. Met een peuter én een baby is het pas gedaan met je rust. Welkom in ons nieuwe leven.blauw roze
Ik vond de overstap van nul naar één kind doodeng. Ik zag mijn vrije leven compleet aan me voorbij gaan en kon alleen maar denken aan alle leuke dingen die ik vooral niet meer vrijblijvend kon doen. Maar toen de kleine jongen er eenmaal was, verdween die angst als sneeuw voor de zon. Ik vond het juist heel erg leuk en alle clichés die op dit gebied bedacht zijn, bleken waar (zoals dat het écht anders is met een kind van jezelf).

De overstap van één naar twee is dubbel. Dubbel zo druk. Maar ook dubbel zo leuk. En er zijn meer dingen die dubbel zijn. Zo duurt alles twee keer zo lang, helemaal als je de deur uit wilt gaan. Want hoewel de peuter inmiddels zelf z’n laarzen en jas aan kan doen, kan hij ook héél goed aangeven dat hij daar ab-so-luut geen zin in heeft. En als je dan ondertussen twee baby-armpjes in een winterjasje probeert te wurmen, kijkend op de klok omdat de kleine jongen bijna te laat op school komt, dan weet je dat je de strijd al half verloren hebt. En dat je leven er de komende jaren nog wel zo uit blijft zien.

En wat dacht je van de avonden? Ik begreep het nooit zo goed als anderen het zeiden, maar inmiddels weet ik wel beter. Na het avondeten is het bij ons ‘spitsuur’. Helemaal als beide kinderen in bad / onder de douche moeten. Maar inmiddels rijdt de spitstrein als een geoliede machine en zijn mijn wederhelft en ik een beter team dan ooit. En hoe dubbel zo lekker is het dan om na alle drukte met een kopje koffie op de bank te ploffen…

Maar aan de andere kant is het ook wel weer makkelijker. Bij de kleine jongen was alles nieuw en onbekend en was ik best wel onzeker. Ik deed alles volgens ‘het boekje’. Daar is opzich niets mis mee, maar daardoor vond ik veel dingen wel spannend. Zou ik het wel goed doen? De eerste keer dat ik met de kleine jongen in de kinderwagen boodschappen ging doen, ging mijn moeder mee. Stel je voor dat ik met een huilende baby in de supermarkt zou staan! Nu draai ik mijn hand er niet voor om. Een huilende baby én een peuter die het liefst ‘helpt’ met boodschappen doen (‘dit moet ook mee mama!’) is een gouden test voor je geduld.

Ik sloot mijn eerste reeks blogs altijd standaard af met een lijstje. Voor de gelegenheid doe ik dat nu ook weer even. Twee kinderen zorgen voor twee keer zoveel:

  • gezelligheid. Het is bijna nooit meer stil in huis en beide kinderen weten elke dag weer een lach op je gezicht te toveren. Vooral de interactie die broer en zus nu al hebben, is fantastisch om te zien.
  • tranen. En de uitdaging is het grootst als ze allebei tegelijk van zich laten horen. Dan krijg je het zelf ook langzaamaan warmer… Gelukkig steken ze elkaar nog niet aan en zijn ze allebei gemakkelijk te troosten.
  • luiers. Die luiers! Ik ben bijna geneigd om voor de HVC-mannen een briefje op die zware, zwarte klikobak te plakken (‘Sorry, twee kleine kinderen in huis!’). Maar ach, eigen schuld. Moeten ze ‘m maar vaker komen ophalen (en met een beetje mazzel heeft de kleine jongen ze niet heel lang meer nodig).
  • zorgen. Eerder schreef ik al dat wanneer je kind ziek is, je de neiging hebt te denken dat de wereld vergaat. Met twee kinderen is dat gevoel niet bepaald minder geworden.
  • vertraging. Ik pretendeer graag dat ik nooit te laat kom. Ik heb er ook een hekel aan als anderen te laat komen. Bovendien neem ik overal graag zoveel mogelijk de tijd voor, want van opschieten/haasten word ik al helemaal chagrijnig. Dit moest ik al even bijschaven toen de kleine jongen er eenmaal was, maar met twee kinderen moet je dus echt een tijdstip onder voorbehoud afspreken.
  • praktische gesprekken tussen de wederhelft en mij. Onze hoofdonderwerpen (ook wel levensvragen) zijn: ‘wie geeft het eerste/laatste flesje?’, ‘hebben ze allebei hun vitamine-D al gehad?’ en ‘doe jij haar luier?’. Gelukkig gaan we nog steeds af en toe samen uit eten, zodat we ook nog gesprekken ‘op niveau’ voeren.
  • gebroken nachten. Eigenlijk is dit niet helemaal waar. Wij zijn namelijk gezegend met doorslapers en dus genieten we gewoon van 7 uurtjes nachtrust. Dat is nog meer dan toen ik nog in Amsterdam werkte! Uitzonderingen daargelaten, want het is vooral de kleine jongen die af en toe wakker schrikt en beweert dat ‘ie honger/dorst/zin om te spelen/geen zin meer om te slapen/etc. heeft.
  • liefde. Onvoorwaardelijk. Voor elk kind. Voor elkaar. En tussen broer & zus.

Onze naaste buren hebben er overigens vier. Vier! Ik denk alleen maar: HOE DAN?! Maar waarschijnlijk word je met het dubbele aantal ook dubbel zo makkelijk. Dat kan haast niet anders.

Advertentie

2 reacties op ‘Dubbelleven

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s