Uitzicht(loos)

Inmiddels waan ik mij nu al 365 dagen in Parijs. Dit is namelijk mijn uitzicht. Elke dag. Tijdens het werken, en tijdens het sporten. Zelfs tijdens het ophangen van de was. Eigenlijk droom ik het hele jaar over het leven in Frankrijk. En met deze muurschildering – die al tien jaar op de zoldermuur prijkt – lijkt de stad van de liefde elke dag dichtbij.

Deze periode van het jaar (medio maart) zal voor veel mensen in het teken staan van een terugblik. Op 11 maart sprak de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor het eerst officieel over een pandemie. Op 12 maart, vandaag dus, werden de eerste evenementen afgelast en werden we opgeroepen om te gaan thuiswerken. En op 15 maart volgde de genadeklap: alle horeca vanaf 18.00 uur dicht en ook (sport)scholen en verzorgingshuizen moesten hun deuren sluiten.

De rest is geschiedenis.

Vergeleken met een jaar geleden waren we toen nog redelijk onnozel. Als ik de appjes van mijn werk van destijds teruglees, zagen we de situatie van nu totaal niet aankomen. In het begin werd nog gesproken over een rooster waarop we konden aangeven wie wanneer op kantoor was. Je mocht wel thuiswerken, maar als je in het rooster op ‘oproepbaar’ stond, dan moest je binnen één uur op kantoor kunnen zijn. Ikzelf gaf aan dat ik het liefst helemaal thuis bleef, om zo het OV te vermijden. Sommige collega’s waren ziek en hadden benauwdheidsklachten. Dat was ‘slechts’ een verkoudheid. Of een longontsteking. Zelf naar een teststraat gaan, was toen nog lang niet aan de orde.

Vorig jaar ben ik in totaal zes keer op kantoor geweest: voor het voeren van een sollicitatiegesprek, voor het inwerken van die nieuwe collega, voor het opnemen van een filmpje met de directie (twee keer), voor een overleg en om mijn bureaustoel op te halen. That’s it. En dan nog heb ik toen lang niet al mijn collega’s gezien. Sterker nog, een paar van mijn teamleden heb ik inmiddels al een jaar niet meer in real life gezien. Bizar toch?

Onze zolder is mijn thuisbasis geworden. Voor alles. Werken, sporten, wassen. Het is tevens een logeerkamer én de slaapplek van Mr. Bruce. En natuurlijk opbergruimte voor van alles en nog wat, zoals kerstspullen en schaatsen. Ik ben mijn zolder steeds meer gaan waarderen, hoewel ik dat eigenlijk altijd al deed. Voor veel mensen is de zolder misschien slechts een washok/opberghok, maar ik heb het altijd een fijne plek gevonden. Die in de loop van het jaar steeds comfortabeler is geworden. Niet zo gek dus dat wij bij het bekijken van huizen op Funda afhaken op de beperkte (of geen) aanwezigheid van een fatsoenlijke zolder. Nu ik die van ons gewend ben, kan ik echt niks met alleen een vliering.

Mijn thuiskantoor heeft het afgelopen jaar steeds een ‘kleine’ upgrade gekregen. Gedurende het jaar kwamen er steeds meer spullen bij die mijn werk op zolder gemakkelijker én leuker maakten. De eerste aanvulling was een fauteuil met voetenbank, inclusief bijzettafeltje. Ideaal voor MS Teams-overleggen waarbij je veel moet luisteren en weinig hoeft te schrijven. Want ik mag dan wel mijn bureaustoel van het werk hebben, ook die zit na een paar uur stilzitten niet lekker meer. Daarna volgde allerlei apparatuur zoals een JBL-speaker, wifi-boosters en een nieuwe printer (ik háát printers). Ik ben dol op lijstjes (en niet dol op een vol hoofd), dus al gauw hing er een whiteboard aan de muur, om het overzicht te bewaren. En vorige week werd mijn laatste aanwinst bezorgd: een headset met microfoon. Mijn homeoffice wordt elke keer een stuk professioneler.

Twee avonden per week wordt het kantoor ‘omgetoverd’ tot sportlocatie. Stoel aan de kant, raam open en… laptop openslaan. Zucht… die eeuwige laptop. Online sporten is echt hartstikke leuk hoor en ik ben blij en dankbaar dat het gewoon kan. Mét livestream en dezelfde gezellige sportmaatjes en enthousiaste instructrice. Maar sjézus wat zou ik graag weer in de auto stappen en lekker zweten in een sportschool. Een alternatief is er heus ook wel: buiten bootcamp. Maar wie mij een beetje kent, weet dat ik een mooi-weer-buitensporter ben. Actief doen in de regen is niks voor mij. Het liefst kom ik met dit stormachtige weer helemaal niet buiten.

Overigens mag ik wat betreft sporten niet klagen. Mijn wederhelft zit al meer dan een jaar thuis, zonder ook maar iets aan sport te doen. Veld- en zaalvoetbal zijn woorden die al heel lang niet meer op de agenda staan en ook het stadion van AZ weten we bijna niet meer te vinden. Heel even had hij het squashen weer ontdekt en opgepakt, maar sinds de laatste sluiting van de sportscholen is ook dat een utopie geworden. Het ‘vervelende’ voor hem is dat hij eigenlijk alleen alle sporten met een bal leuk vindt. Hardlopen of fietsen bijvoorbeeld is dus niet aan hem besteed. Tja, dan blijft er weinig over in deze tijd.

Het is nog maar de vraag hoe lang deze situatie nog gaat duren. Mondjesmaat mag er steeds iets meer, maar voor velen is de situatie nog altijd uitzichtloos. Hoelang kunnen we nog zonder sporten in groepsverband, zonder (culturele) uitjes of zonder normaal menselijk contact? Tijdens een veel te drukke week met deadlines en frustraties belde ik de nieuwe collega om samen stoom af te blazen. “Wanneer gaan jij en ik in godsnaam eens naar de kroeg?!” was de conclusie van het gesprek. De behoefte om elkaar even ‘live’ te zien, was op dat moment groter dan ooit.

Ik geniet nog elke dag van het uitzicht op zolder. Maar uitzicht (perspectief) op een opener leven is ook wat waard. Afgelopen week zag ik op Facebook dat een buitenspeeltuin in de regio binnenkort weer haar deuren opent. Dat nieuws was het hoogtepunt van de week. We hebben weer uitzicht op een uitje.

Advertentie

Een reactie op “Uitzicht(loos)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s