Vorige week was het weer kermis in ‘Ons Dorp’. Een berucht meerdaags feest, dat zich nog het beste laat vergelijken met carnaval in Brabant. En zoals alles tegenwoordig, was ook deze kermis niet zoals het vroeger was.

Al sinds ik mij kan herinneren en van mijn ouders naar de kroeg mocht, doe ik mee aan de Obdamse kermis. En voor wie nog denkt dat kermis voor de jeugd draait om de attracties, heeft het mis. Die zijn slechts bijzaak. Voor jongeren betekent kermis vooral vier dagen (soms zelfs vijf, als je vrijdagavond meerekent) bier drinken. Of beter gezegd: zuipen. Ik kan er niets anders van maken.
Kermis staat in het teken van tradities. Zoals op zondagmiddag met je familie (opa/oma/neefjes/nichtjes) een rondje langs de attracties maken, op de foto gaan, kibbeling eten om 02.00 uur, kermisborrels, verkleedpartijen en een ritje in de Swing Bob maken met je zatte kop. Maar de mooist traditie is nog wel de eerste deun op maandagochtend (officieel bestaat er ook nog een tweede dreun op dinsdagmiddag, maar die is echt voor de diehards. Op een gegeven moment ben je gewoon verzadigd).
Die eerste deun is eigenlijk een traditie op zich. De kroeg gaat al om 09.00 uur open en daar móet je gewoon bij zijn. Veel vriendengroepen verzamelen van te voren bij iemand thuis om te ontbijten, om daarna met z’n allen richting de toog te togen. Mijn vriendinnengroep was net zo. Wij verzamelden elk jaar in het ouderlijk huis van een vriendin, waar haar moeder een heerlijk ontbijt (inclusief versgebakken broodjes en gekookte eitjes) voor ons had klaarstaan. Ik had het vaak zwaar op maandagochtend, omdat het op zondagavond regelmatig uit de hand liep (niet alleen qua drank, maar ook qua tijd). Toch ging zo’n uitgebreid ontbijt er altijd wel in. Dat moest ook wel, want een uur later stond je alweer met je eerste glas bier in je hand (ik ken zelfs een vriendinnengroep die elk jaar ontbeet met boerenkoolstamppot, een betere bodem kun je niet hebben).
De eerste deun werd standaard vergezeld door het muzikale duo Trio Tjoe & Jeroen (ja, echt). Elk jaar waren zij van de partij in het Wapen van Obdam (of: ‘Herman Vriend’). ’s Middags kreeg iedereen massaal trek in een vette hap en puilde de plaatselijke snackbar uit van hongerige, dronken jongeren (en ouderen). Daarna was het voor mij vaak welletjes en ging ik thuis naar bed. Om ’s avonds gewoon weer verder te feesten in Nelly’s Café, waar DJ Galaga (wie kent hem niet) standaard optrad.
Tijdens de eerste deun was het ook traditie om je zo gek mogelijk te verkleden. Soms was er een thema, maar vaak deden we maar wat. De meeste idiote outfits hebben we gehad, hoe lelijker hoe beter. Onderdeel van het verkleden was om met je hele vriendengroep een tekst te laten drukken op ieders shirt. Overigens hadden de mannen in de kroeg vaak een oud shirt aan, want een andere traditie was dat die shirts massaal kapotgescheurd werden (van de dames bleven ze altijd braaf af).
Kermis was ook altijd dé gelegenheid om je lekker te laten gaan op liefdesgebied. Dat gold overigens niet voor mij, want ik ben al samen met mijn wederhelft sinds ik die eerste stap in een kroeg mocht zetten. Tijdens de eerste deun gingen we altijd samen op de foto. Ik heb ze even teruggezocht en de eerste die ik tegenkwam is uit 2003. Eerder materiaal heb ik niet en dat is maar goed ook. Deze is al erg genoeg. Ik vond ook nog foto’s van een paar jaar later (voor insiders: inclusief de beruchte ‘Turkenpet’). De foto’s waar mijn vriendinnen op staan laat ik voor hun eigen bestwil maar achterwege 😉
Het waren gouden tijden, waar je van hield of een vreselijke hekel aan had. Helaas is de kermis sinds vorig niet meer wat het was. Evenementen mogen niet meer en een dampende kroeg vol feestgangers al helemaal niet. Ook de kermisattracties hebben een andere bestemming gekregen. Niet meer in de dorpskern, maar aan de rand van het dorp. En dat leidde de afgelopen dagen tot de nodige discussie.
Zodra er iets verandert, heb je voor- en tegenstanders. Voorstanders van de nieuwe plek vinden het fijn dat je nu niet meer wordt omringt door dronken jongeren en vinden het een overzichtelijk veldje waar voor ieder wat wils is. Ook de eigenaren van de attracties vinden het fijn dat ze nu meer ruimte hebben en geen overlast meer hebben (of bezorgen?). Anderen vinden de locatie juist een stuk ongezelliger en hopen dat de kermis ooit weer teruggaat naar de dorpskern (één dame op Facebook klaagde zelfs over een “knollenland waar je je benen breekt”, zucht).
Ikzelf dit daar een beetje tussenin. Natuurlijk is de sfeer van de kermis nóg leuker in de dorpskern, helemaal omdat je dan meer attracties en de combinatie met de horeca hebt. Maar aan de andere kant zie ik ook dat het voor de kleine dame en jongen op deze manier echt wel prima is. Voor hen draait de kermis tenslotte maar om één ding:

Met het ‘verlies’ van de kermis is ook de traditie van de eerste deun verloren gegaan. Althans, vorig jaar. Dit jaar besloten de jongeren in Obdam tóch een ‘spontaan’ feest te houden op het Kerkplein, inclusief verkleedpartijen en een mobiele DJ. Voor dit samenzijn was natuurlijk geen vergunning aangevraagd en de gemeente was dan ook not amused. Al knepen ze wel een oogje toe, als je de berichtgeving mag geloven. En dat was ook wel terecht, vond ik. Want in tegenstelling tot omliggende dorpen waren er in Obdam geen ongeregeldheden (De Goorn) en was een noodverordening (Ursem) dus ook niet nodig. De jongeren werden zelfs geprezen om hun schoonmaakactie achteraf. Zo kan het dus ook.
En hoewel het kermisplezier voor de kinderen dus niet minder is geworden, hoop ik dat we in de toekomst terug kunnen naar het ‘oude normaal’. Want een kermisborrel met vrienden in de tuin is leuk, maar het is nóg leuker om die in een overvolle kroeg te houden.
Een reactie op “Kermisperikelen”