Toen ik in juni het heugelijke nieuws deelde dat ik mijn eerste boekcontract had getekend, werd ik overladen met enthousiaste reacties en felicitaties. En naast dat mensen heel blij voor me waren, waren ze vooral ook nieuwsgierig: ‘Wat moet je allemaal nog doen? Komt je boek straks ook in de winkel te liggen? En: heb je al een nieuw verhaal bedacht?’ Hoog tijd dus om eens antwoord te geven op deze veelgestelde vragen.

Die laatste vraag lijkt misschien wat voorbarig, maar ik kan je vertellen dat als schrijver je creatieve brein vrijwel nooit stilstaat. Bij veel van wat ik lees of hoor (bijvoorbeeld in het nieuws) denk ik: zou dit een goed verhaal zijn voor een boek? Helaas leidt het in de meeste gevallen niet écht tot een nieuw verhaal. Daarom duurde het ontstaan van mijn eerste boek ook zo lang. Want kom maar eens op een verhaal dat nog niet eerder geschreven is. Toen dat eenmaal in mijn hoofd zat, ging het schrijven vanzelf.
Toen ik deze zomer terugkwam van vakantie, kreeg ik regelmatig de vraag: ‘En, heb je op de camping weer een boek geschreven?’ Het antwoord is nee. Ik probeerde deze vakantie écht even los te komen van het werk en blijkbaar ging mijn schrijversbrein daarin mee. Ik houd alles wat ik tegenkom (recepten, cadeau-ideeën, etc.) bij in mijn telefoon. De laatste aantekening voor een nieuw verhaal is van 10 juli.
Daarnaast zijn mensen ook geïnteresseerd in het proces van een boek schrijven. Daar vertel ik uiteraard ook graag over. Bijvoorbeeld over hoe ik een zomervakantie heb besteed aan het herschrijven van het hele verhaal, omdat ik vond dat het vanuit een ander perspectief verteld moest worden. En dat ik via Twitter in contact ben gekomen met een advocaat, omdat ik informatie nodig had over het strafrechtproces (de details laat ik even achterwege, haha). Onderzoek doen is heel belangrijk, want het moet wel kloppen wat je schrijft.
De vraag over ‘wat ik nu allemaal nog moet doen’, kan ik inmiddels ook beantwoorden. De afgelopen weken ben ik namelijk bezig geweest met het schrijven van de achterflaptekst voor het boek en mijn promotieplan. Over dat eerste kan ik kort zijn: dit is natuurlijk de tekst die achterop je boek staat. Gemiddeld zijn die tekstjes zo’n 75-100 woorden. Dat is niet heel veel, maar zeker ook niet makkelijk om te schrijven. Probeer je hele boek maar eens samen te vatten in een paar woorden, waarmee je de potentiële lezer nieuwsgierig maakt én uitnodigt om je boek te kopen (en te lezen!). Gelukkig ga ik niet alleen over deze tekst.
Want zoals ik eerder vertelde, doe ik samen met negen andere schrijvers mee aan het project BOEK10. In dit geval betekent dit dat we eerst elkaars achterflapteksten gaan lezen en beoordelen. Daarna volgt een ronde met de uitgever zelf. De achterkant van je boek is namelijk ontzettend belangrijk. Het is naast de cover hét visitekaartje van je boek. En om gelijk maar antwoord te geven op een andere, veelgestelde vraag: nee, mijn foto komt er niet op te staan. Dat is niet gebruikelijk bij Young Adult boeken.
Naast de achterflaptekst ben ik dus bezig geweest met het schrijven van mijn promotieplan. ‘Moet je dat zelf doen dan?’ hoor ik je denken. Ja. Of, nou ja: je moet niks natuurlijk. Maar in mijn ogen is het alleen maar fijn dat je als auteur zelf mag meedenken over waar en hoe je je boek wilt promoten, aan wat voor evenementen je wilt meedoen, in welke boekhandels je wilt dat je boek komt te liggen, etc. En met mijn communicatieachtergrond vind ik het natuurlijk alleen maar leuk om hiermee bezig te zijn.
Daarnaast is het niet zo dat je ook alles zelf moet dóen. De uitgever is er om persberichten voor je te schrijven en te versturen, om te helpen je boekpresentatie goed neer te zetten, voor het onderhouden van contacten met boekhandels en bibliotheken, etc. En alles gaat in goed overleg.
En dan nog het antwoord op deze vraag: ‘Komt je boek straks ook in de winkel te liggen?’ Je boek fysiek in de boekwinkels krijgen is een uitdaging, zeker als debuterend auteur. De uitgever neemt wel actief contact op met boekhandels naar mijn keuze en stuurt ook catalogussen naar boekhandels toe, maar het is uiteindelijk aan de boekhandel zelf om het boek te bestellen bij het Centraal Boekhuis (CB).
Een boekhandel heeft vaak beperkt ruimte en die besteden ze soms eerder aan boeken van bekende auteurs. Dus hoe dat afloopt, is nu nog even afwachten. Maar: mijn boek is sowieso (online) te bestellen bij alle boekhandels en Bol.com. Dat laatste alleen al lijkt me heel bijzonder. Dat je mijn naam/boek straks gewoon kunt vinden op deze bekende website, haha.
Hetzelfde geldt eigenlijk ook voor bibliotheken. De uitgever stuurt mijn boek naar de Nederlandse Bibliotheekdienst (NBD) Biblion. Biblion levert een overzicht van nieuw verschenen titels aan openbare bibliotheken, inclusief de zogenaamde ‘aanschafinformatie’. Bibliotheken gebruiken deze informatie vervolgens om te bepalen welke boeken ze aanschaffen bij het CB. Het is dus ook geen zekerheid dat mijn boek straks te leen is bij ‘de bieb’ in Obdam, maar ook daarin kan de uitgever eventueel bemiddelen.
Maar zover is het nog niet. Voorlopig ben ik nog wel even bezig met de voorbereidingen van het boek. Want na de achterflaptekst en het promotieplan moet ik straks ook nog aan de slag met een ‘moodboard’ voor mijn cover. Welke bestaande covers vind ik mooi? Wat past bij mijn boek? Aan de hand van voorbeelden en informatie over mijn boek en de personages, gaat een vormgever van de uitgever daar later mee aan de slag. De onthulling van de cover zal ook echt wel even een momentje zijn. Daar kijk ik nu al naar uit.
En als het boek er eenmaal is, dan hoop ik natuurlijk dat veel mensen ‘m zullen gaan lezen. Als iedereen die heeft gezegd “ik ga ‘m zeker kopen hoor!” dat ook daadwerkelijk doet, dan ben ik al heel tevreden.
Wil je meer weten over mijn boek, het proces, of iets anders? Stel je prangende vraag gerust!
Gerelateerde blogs